Omgekeerde bucketlist

Willen versus kunnen versus loslaten.

Ieder mens heeft (denk ik) wel dingen die hij of zij nog eens heel graag wil doen voordat hij of zij doodgaat.

De zogenaamde bucketlist.

 


Voor de meesten onder ons is dat ‘doodgaan’ nog heel ver weg, gelukkig maar. Er is dan ook genoeg tijd om a te bedenken wat deze dingen of activiteiten zijn en b om deze uit te voeren.

Ik heb ook zo’n bucketlist. Nee, ik wil geen marathon kunnen lopen of de Himalaya beklimmen (maar deze wel in levend lijve zien). Ik heb best een aantal dingen op mijn verlanglijstje staan die ik nog nooit gedaan heb.

De piramiden zien, slapen in de woestijn, naar Petra lopen en ga zo maar door. Dat naar Petra lopen kan natuurlijk ook zittend op een ezeltje of gewoon met mijn rolstoel (dat laatste is wel zo fijn voor dat ezeltje).

Ooit zal dit er (hoop ik van harte) wel een keer van komen en je moet natuurlijk ook ergens van kunnen dromen.

Omgekeerde bucketlist

De omgekeerde bucketlist is geen lijst van dingen die ik nog wil doen (zie hierboven), maar van dingen die ik ooit gedaan heb en die ik nu niet meer kan. En dat is soms best balen. Ik heb dus sinds een paar jaar een omgekeerde bucketlist.

Ik wil een paar dingen doen die ik vroeger al gedaan heb en waar ik van genoten heb, maar die me nu niet meer zo makkelijk (of helemaal niet) afgaan.

1. Schaatsen

Zo heb ik veel geschaatst (vroeger, toen er nog strenge winters waren). Ook op ijsbaan heb ik veel geschaatst, zelfs ooit een winter lang getraind op de Jaap Eden (samen met andere 30+ amateurs).

Een paar jaar geleden kreeg ik kans (samen met tig anderen met een beperking) de kans om op die mooie lange baan in Flevoland te schaatsen. Ik had voor de zekerheid mijn rollator meegenomen, voor een beetje steun en balans.

Ik had me er enorm op verheugd, eindelijk weer een keertje schaatsen. Het werd een deceptie: te druk, te veel prikkels (niet handig als je MS hebt), ijs te glad (niet handig als je weinig controle hebt over jouw benen).

Kortom, na twee bochten schuifelde ik naar de kant en moest tot mijn grote spijt constateren dat ik schaatsen van mijn omgekeerde bucketlist af kon strepen: vroeger vaak gedaan, nu niet meer mogelijk.

2. Karten

Een andere activiteit die ik in het verleden met veel plezier heb gedaan is karten. Heerlijk, losgaan op de kartbaan. Bij een voorganger in de slipsteam komen, inhaalactie uitvoeren en weer een plekje opgeschoven. Een soort van Max Verstappen, maar dan anders; ik weet welke kick hij ervaart als hij een geslaagde inhaalpoging gedaan heeft.

Tijdens een vakantie twee jaar geleden besloten we een Italiaanse kartbaan in de buurt van ons vakantiehuisje te bezoeken, een buitenbaan. Manlief ging met de jongste op een duokart, de oudste en ikzelf hadden een eigen kart. Met gezonde spanning zette ik mijn helm op en nam plaatst in de kart.

Eitje dacht ik. Typische MS-kwalen zijn traagheid in denken en geen twee dingen tegelijkertijd kunnen doen.
De combinatie van deze kwalen sloeg me loeihard om de oren sloeg toen ik van start ging, dat had ik totaal niet aan zien komen.

De kart ging te snel of het brein ging te langzaam, ik ben bang het laatste. Ik had totaal geen controle over de kart en toog een grote deceptie rijker na drie bochten al naar de kant. Weer iets dat ik van mijn omgekeerde bucketlist af kan schrijven: vroeger met plezier gedaan, nu niet meer haalbaar.

3. Hardlopen

Hardlopen stond ook nog op mijn lijstje. Vroeger met veel plezier (nou ja, plezier) gedaan. Voor mij de manier om op gewicht te blijven. Nu het met lopen zo goed gaat (dankzij de looppil) dacht ik, waarom ga ik niet weer proberen hard te lopen. Zo gezegd zo gedaan.

Mijn oude hardloopschoenen pas ik nog steeds, mijn oude hardloopbroek niet meer, maar een eenvoudige joggingbroek voldoet ook. Ik toog met mijn stok naar het naburige park, legde mijn stok neer en ging van start. Nou ja, van start: het is een hele rare gewaarwording als je moet nadenken over hoe hard te gaan lopen.

Een kind kan de was doen, zou je zeggen, een kind rent zonder hierover na te denken, helaas. Mijn benen weten niet meer hoe het moet, ik moest heel hard nadenken over hoe ik mijn benen zo gek kreeg om de 1e hardlooppassen te zetten. Na een paar meter kwam ik aarzelend op gang.

Een vervelende bijwerking van MS zijn spasmen, kramp. Ik heb daar ook last van als ik ga zwemmen,
mijn rechterbeen verkrampt helemaal. Zo ook met hardlopen, ik sleepte als het ware een blok beton met me mee. Niet zo handig voor een herintredende 50+ hardloopster.

Ik heb het nog een paar keer geprobeerd, helaas. Toch schrijf ik het hardlopen nog niet af, Ik ga dit in de lente vast nog een keer proberen. Als het dan weer niet gaat, dan pas kan hardlopen van mijn omgekeerde bucketlist af.

Het is overigens best gênant om in sporttenue al hardlopend ingehaald te worden door gewone 70+ wandelaars.

4. Skiles

Als kind zijnde mocht ik met mijn vriendinnetje mee op wintersport. Dat waren mooie vakanties, zo fijn dat ik mee mocht. Jaren later gingen we met ons eigen gezin. Nog heel veel later gingen we met mijn werk naar zo’n indoorbaan, ook leuk.

Omdat de oudste dit jaar met school een dagje ging skiën, besloten we, ter voorbereiding, hem en de jongste samen op skiles te doen. Ze vonden het allebei helemaal leuk. Al kijkend begon het bij mij ook te kriebelen, het zou toch wel gaaf zijn als ik ook skiënde de berg af kon, al was maar van een nep heuveltje in de vorm van een borstelbaan.

De skistokken voldoen prima om mij in balans te houden. Vorige week zondag was het zover, ik had een proefles gepland. Niemand begreep dat ik dit wilde doen. ‘Dat moet je niet meer willen’, was de gebruikelijke reactie. En dat van gezonde mensen, die hebben makkelijk praten,

'Hoezo ‘niet meer willen’ was daarop mijn reactie. Mijn lijf kan minder, maar dat wil niet zeggen dat ik minder wil.' Vastberaden toog ik de skibaan op. Ik kreeg een half uurtje privéles van een alleraardigste piepjonge instructrice.

Ik had me van te voren een beetje zorgen gemaakt over de skilift, ik ben niet zo handig meer, ik zag mezelf al bungelend aan dat ding naar boven gesleept worden.

Zover ben ik echter nooit gekomen, ik was één ding vergeten; alvorens ik met de lift mocht, moest ik eerst mijn kunsten op het babyweitje vertonen. Ik moest aldus eerst klimmend naar boven en dan aan mijn instructrice laten zien dat ik de pizzapunt nog onder controle had.

‘Doe dit nog een paar keer en dan gaan we verder’, zei ze. Helaas, het naar boven klauteren op de weerbarstige borstelbaan kostte mij zoveel energie dat ik na de 6e keer door mijn hoeven (of benen) zakte. Einde oefening.

‘Zie je wel, ik had het wel gezegd’, riep de jongste. Maar ik geef de moed niet op, van een vriendin hoorde ik dat het skiën (en klimmen) op zo’n binnenbaan met echte sneeuw veel makkelijker is dan op een borstelbaan.

Omdat de oudste en jongste toch een keer naar zo’n baan willen, stond mijn beslissing vast. Ik ga het daar nog een keer proberen, dan in de echte c.q. nepsneeuw. Lukt het dan ook niet, pas dan kan skiën van mijn omgekeerde bucketlist af. Lukt het wel, tja, dan toch maar eens nadenken over een wintersportvakantie.

Als jullie nu heel veel medelijden met me hebben, dat is heel lief, maar niet nodig. Ik kan veel dingen niet meer, maar veel dingen zoals lekker eten (en dat is dan weer jammer voor het ezeltje, zie hierboven) gelukkig nog wel.

Ik heb nu twee lijsten: de omgekeerde bucketlist, daar ben ik nog niet klaar mee en de die andere,
echte bucketlist. Die bucketlist ben ik dus nog niet vergeten.

Een kennis van me (ook MS) is al met de zijne begonnen. Met behulp van zijn rolstoel en twee hele sterke vrienden heeft hij gewandeld c.q. is hij geduwd en rolde zo door Cornwall.

Hij moest af en toe even slikken, geduwd worden in een rolstoel is, net zoals bij mij, niet zijn ding. Ik bedoel dan ben je echt afhankelijk. Maar hij heeft het gedaan, heeft zijn ego opzij gezet en heeft van Cornwall genoten.

Chapeau!

Gerelateerde artikelen

FemNa40